Platform over infrastructuur, ruimtelijke inrichting, civiele- en openbare werken
“Ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd”
Annick De Ridder, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Havens en Sport

“Ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd”

Op 30 september 2024 legde Annick De Ridder de eed af als Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Havens en Sport. Ruim een jaar later blikt de immer strijdvaardige minister in ons Jaarboek terug en vooral vooruit op de uitdadingen waar de sector mee geconfronteerd wordt. Eén ding is heel duidelijk: de wil om te investeren is aanwezig. “Mobiliteit en Openbare Werken zijn hét investeringsdepartement van deze legislatuur met 1,8 miljard euro extra middelen”, klinkt het overtuigend.

Hoe heeft u uw eerste jaar als minister van Mobiliteit en Openbare Werken beleefd?

“Ik ben niet alleen minister van Mobiliteit en Openbare Werken, maar ook van Havens en Sport. Ik heb ‘Havens’ zelfs bewust laten opnemen in mijn titulatuur om te benadrukken hoe essentieel ze zijn voor onze welvaart. Ze zijn economische motoren. Het voorbije jaar was bijzonder intens en uitdagend: de samenstelling van mijn kabinet, de opmaak van een moeilijke begrotingsoefening, het uitwerken van ons geïntegreerd investeringsprogramma, terwijl ik ondertussen heel veel op het werkveld zelf probeer te komen.”

“Ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd” 1
De nieuwe brug over de Hector Henneaulaan bij Zaventem

Heeft u in dat ene jaar al de progressie kunnen maken die u voor ogen had?

“We hebben al heel wat in beweging gezet. Deze zomer hebben we de investeringsbudgetten voor 2025, 2026 en 2027 vastgeklikt, met aandacht voor onze grote infrastructuurprojecten en voor een noodzakelijke inhaalbeweging voor onderhoud. Zo zorgen we ervoor dat wegen, bruggen en tunnels opnieuw in topconditie komen. Daarnaast houden we vast aan het hoge investeringsritme van gemiddeld 300 miljoen euro per jaar in fietsinfrastructuur. Voor De Lijn hebben we 400 miljoen euro uitgetrokken om nieuwe elektrische bussen en trams aan te kopen. We hebben ook de eerste stappen gezet in een grondige hervorming van de autokeuring.”

Een passend antwoord bieden op alle economische, maatschappelijke, digitale, technische en klimatologische uitdagingen is voor vele sectoren vandaag een belangrijk en moeilijk vraagstuk. Welke rol kunnen mobiliteit en openbare werken daarin spelen?

“Mobiliteit en infrastructuur vormen de ruggengraat van onze samenleving en economie. Zonder robuuste infrastructuur valt alles stil: geen vlotte goederenstromen, geen betrouwbaar woon-werkverkeer, geen sterke logistieke ketens. Alles staat of valt dus met een goed onderhouden en toekomstgericht netwerk van wegen, waterwegen, spoor en havens. Tegelijk zijn dit ook de domeinen waarmee we maatschappelijke uitdagingen kunnen aanpakken. Via slimme investeringen versterken we niet alleen onze economie, maar zetten we ook stappen in duurzaamheid, verkeersveiligheid en digitalisering.”

“Ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd” 2
De Bypass tussen het knooppunt van de R1 met de E313 en het knooppunt van de R1 met de E19 en de A12 

Assetmanagement van bruggen en tunnels, onze waterweginfra, het belang van veiligheid, aandacht voor het milieu, fietsinfrastructuur … het zijn stuk voor stuk thema’s/uitdagingen die op tafel liggen. Wat zijn de komende jaren de grootste prioriteiten?

“Midden juli hebben wij een belangrijke oefening afgerond: die van het geïntegreerd investeringsplan waarbij we elke project tegen het licht hebben houden en keuzes hebben gemaakt voor die projecten met de grootste economische en maatschappelijke hefboomfunctie. Wij hebben tot en met 2027 de middelen vastgelegd en hebben enkele duidelijke prioriteiten. De grote infrastructuurprojecten krijgen een doorkijk van 10 tot 15 jaar in het Geïntegreerd Investeringsplan, maar dat zijn dus in de eerste plaats de grote assen en stedelijke ringen. Denk aan Oosterweel, R0 Brussel, E19 Mechelen-Noord, ECA, Noord-Zuidverbinding Limburg …”

“Ten tweede: onderhoud. De voorbije jaren is er te weinig ingezet op onderhoud. Zowel op vlak van structureel onderhoud als regulier onderhoud hebben we een groeipad uitgestippeld voor de komende jaren. Zo stijgt het jaarlijks budget voor structureel onderhoud van 924 miljoen euro naar 1,4 miljard euro tegen het einde van de legislatuur. We voorzien ook extra middelen voor het dagelijkse, reguliere onderhoud zoals netheidsonderhoud, schilderwerken, kleine beton- en asfaltherstellingen, onderhoud van de waterafvoer, groenonderhoud, elektromechanisch onderhoud … We hebben ook drie masterplannen voor de komende tien jaar opgemaakt. Het Masterplan Kunstwerken, om alle bruggen en kokers op het hoofdwegennet in goede conditie te brengen. Het Tunnelplan Vlaanderen, goed voor 950 miljoen euro aan renovaties via PPS. En het Masterplan Autosnelwegen, om op vijf jaar tijd 1.400 kilometer A-wegen aan te pakken.”

“Ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd” 3
Het viaduct in Vilvoorde

“Verkeersveiligheid blijft eveneens prioritair. In alle projecten houden we natuurlijk rekening met verkeersveiligheid, maar we investeren ook rechtstreeks. In totaal investeren we in deze legislatuur een bedrag van 275 miljoen euro rechtstreeks in verkeersveiligheid. We zitten daarnaast ook in de eindfase van het geactualiseerd verkeersveiligheidsplan voor de periode 2026 – 2030 en zijn ook bezig met het uitrollen van het verkeersveiligheidspact samen met de lokale besturen. Ook openbaar vervoer staat bovenaan op de prioriteitenlijst, met een verwijzing naar de 400 miljoen euro die we natuurlijk al voorzien hebben voor de vergroening van ons voertuigenpark. Dat is een belangrijke en ongeziene injectie waarmee we al volop bestellingen plaatsen.”

“Er is uiteraard ook onze fietsinfrastructuur. De investeringen die we in de fietsinfrastructuur doen zijn historisch hoog. En we houden het investeringspad van gemiddeld 300 miljoen euro per jaar aan. Natuurlijk dragen vele projecten ook bij aan fietsinfrastructuur: Bij heraanleg en structureel onderhoud van gewestwegen worden tegelijk ook de gevaarlijke fietspaden aangepakt. We trekken het provinciaal fietsfonds ook op van 15 naar 25 miljoen euro per jaar. Tot slot zijn we ook bezig met een masterplan Fietsinfrastructuur.”

“Focussen doen we ook op onze havens en waterwegen. Onze havens zijn de economische motor van Vlaanderen en de brede regio. Als we willen dat die motoren blijven draaien, moeten we zorgen dat onze logistieke keten ook performant blijft. Vanuit Vlaanderen blijven we daarom de infrastructuur in en rond de havens versterken: van nautische toegankelijkheid tot digitale innovaties, en van spoorontsluiting tot extra capaciteit. Daarnaast blijven we ook investeren in onze grote en kleinere waterwegen, om de regionale goederenstromen verder te versterken. We voorzien meer baggerwerken – 45 miljoen extra voor onderhoudsbaggerwerken – om de toegankelijkheid te waarborgen en uiteraard ook structureel onderhoud aan sluizen.”

“Ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd” 4
“Deze Vlaamse Regering duidelijk gekozen voor strategische investeringen die onze welvaart op lange termijn versterken.”

Weke rol speelt digitalisering op het vlak van mobiliteit? Hoe kan technologie onze mobiliteit verbeteren?

“Digitalisering en technologie spelen een sleutelrol en zullen ons mobiliteitssysteem ingrijpend veranderen. Vandaag zien we nog maar het topje van de ijsberg. De technologie evolueert razendsnel – zoals autonoom varen en zelfs rijden. Mijn rol is om de uitrol van zulke innovaties mogelijk te maken en regelgevende drempels zo snel mogelijk weg te nemen.”

Digitalisering en technologie kosten geld. En geld is er maar beperkt. Is het moeilijk om een investeringsevenwicht te vinden tussen innovatie en digitalisering enerzijds en (hoog)dringende projecten anderzijds?

“Dat is inderdaad een constante afweging. Toch heeft deze Vlaamse Regering duidelijk gekozen voor strategische investeringen die onze welvaart op lange termijn versterken: innovatie, industrie, infrastructuur en havens. Mobiliteit en Openbare Werken zijn zelfs hét investeringsdepartement van deze legislatuur met 1,8 miljard euro extra middelen. Vlaanderen loopt voorop in innovatie, en we zorgen dat bedrijven en onderzoeksinstellingen kunnen blijven pionieren. Tegelijk vermijden we overregulering of ‘goldplating’: we investeren doelgericht en efficiënt.”

“Ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd” 5
“Vlaanderen loopt voorop in innovatie, en we zorgen dat bedrijven en onderzoeksinstellingen kunnen blijven pionieren.”

Als u een blik op de nabije toekomst werpt, ziet u de mobiliteit in België dan positief en strijdvaardig tegemoet of gaan er momenteel vooral veel alarmbellen af?

“Ik zie die met vertrouwen tegemoet, zeker dankzij de extra middelen die we kunnen investeren. Maar zoals ik vaak zeg: koken kost niet alleen geld, het maakt ook de keuken vuil. De inhaaloperatie rond onderhoud is helaas nu nodig, al zetten we wel maximaal in op minder hindermaatregelen om de overlast te beperken. Het blijft een zure appel waar we met zijn allen even moeten doorbijten, maar in de toekomst is er beterschap op komst.”

Heeft u een motiverende eindejaarsboodschap voor de sector?

“Ik eindig mijn toespraken altijd met twee boodschappen. Ten eerste: ik ben in de eerste plaats een civil servant, en probeer samen met mijn administratie en kabinet ten dienste te staan van de Vlamingen. Ik ben dan ook altijd blij als bedrijven willen investeren in Vlaanderen. Het is mijn taak om dat mogelijk te maken en drempels weg te werken. Alle tips daarvoor zijn overigens welkom (lacht). Ten tweede: we mogen wat trotser zijn op onszelf. Onze bedrijven tonen innovatie en duurzaamheid, ons vernuft wordt internationaal gewaardeerd. Het is tijd voor wat meer Hollandse branie.” 

Gerelateerde artikelen

"*" geeft vereiste velden aan

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Stuur ons een bericht

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?

Bekijk alle resultaten